Stoornissen in het gebruik van alcohol (SGA) zijn veelvoorkomend en wereldwijd één van de belangrijkste risicofactoren voor ziektelast. Ondanks de beschikbaarheid van meerdere behandelopties zijn deze bij individuele patiënten qua effect beperkt. In eerder onderzoek is reeds gesuggereerd dat het aanpakken van drinkmotieven nuttig kan zijn als behandeldoel. Het verband tussen drinkmotieven en patronen van alcoholgebruik zijn reeds uitgebreid onderzocht. Echter, onderzoek naar drinkmotieven in een algemeen psychiatrisch klinische populatie is schaars ondanks de hoge prevalentie van SGA in deze populatie. In deze studie wilden we de associatie onderzoeken tussen motieven om alcohol te drinken (‘enhancement’, ‘social’, ‘coping’ en ‘conformity’) en risicovol alcoholgebruik in een algemeen psychiatrische populatie.
Inleiding
Stoornissen in het gebruik van alcohol (SGA) zijn veelvoorkomende stoornissen en wereldwijd één van de belangrijkste risicofactoren voor ziektelast. Ze maken bijna 10% uit van het totale aantal sterfgevallen wereldwijd bij bevolkingsgroepen tussen 15 en 49 jaar [1,2]. SGA brengt een grote ziektelast met zich mee, en ondanks de beschikbaarheid van meerdere behandelopties voor SGA zijn deze bij individuele patiënten qua effect beperkt [3] of werken de weinig beschikbare middelen maar voor een beperkte groep mensen [4]. Het is daarom interessant om verder te kijken naar de individuele factoren die bijdragen tot het ontstaan van een SGA om zo nieuwe therapeutische opportuniteiten te ontwikkelen in een meer individuele aanpak van SGA.